Succesvol vermeerderen van fuchsia's

Door: Hans van Aspert. (veredelaar)

Een van de redenen waarom tuinliefhebbers bij hun keuze van een groene hobby kiezen voor de fuchsia is het feit dat deze plant meestal zo gemakkelijk is te vermeerderen.

Van fuchsialiefhebbers die mijn stekresultaten zien krijg ik nogal eens de opmerking 'Hoe krijg je zo snel zulke mooie nieuwe plantjes en dat zonder veel uitval'. Dat is een kwestie van diverse methoden, tips en trucs van andere fuchsialiefhebbers uitproberen en nog wat eigen ideeën daaraan toevoegen. 

Algemene regels voor het afnemen / bewortelen van stekken

De redenen om stekken te maken kunnen verschillend zijn. Dat kan zijn omdat we meerdere planten van een soort willen hebben, maar het kan ook zijn dat we de collectie willen verjongen, of we willen een soort in de collectie houden die als oudere plant maar moeilijk is te overwinteren.

En in de winterberging nemen nieuwe gewortelde stekken minder ruimte in dan benodigd is voor de oude moederplanten. Bovendien is zo'n jonge plant het volgende jaar vaak mooier dan de oude plant. Een feit is evenwel dat de door het stekken verkregen nakomelingen dezelfde eigenschappen hebben als die van de moederplant.

Voor het succesvol stekken gelden een aantal algemene regels:

1 - gebruik gezond stekmateriaal: vooral de toppen van de jonge scheuten

    bewortelen gemakkelijk.  

2 - wees zuinig met stekpoeder, want overdaad schaadt.

3 - de stekgrond of het stekmedium moet steriel zijn en dit medium mag maar een keer

    gebruikt  worden.

4 - gebruik voor het afsnijden van de stek een schoon en roestvrij scherp mes.

    Een afgesneden stek met rafelige wond of gekneusd weefsel kan een bron voor infectie zijn.

5 - zijn er met dit mes eerder stekken e.d. gesneden waar schimmels aanzaten dan dit eerst

    goed schoonmaken voor u verder gaat.

6 - het stekje mag niet uitdrogen, als men niet direct kan stekken dan de stekken bewaren in

    een plastic zakje met daarin enkele druppels water, en daarna het zakje opblazen en

    dichtknopen.

7 - zorg voor etiketten en schrijf de juiste naam hierop met een watervaste en lichtbestendige stift

    of een grijs potlood.

8 - verwijder regelmatig al het afgevallen blad, bladstelen en door schimmel aangetaste stekken

9 - nadat de stekken zijn gestoken en deze water hebben gehad deze met een

    schimmelwerend middel bespuiten.

Het stekken kan het hele jaar door gebeuren, maar de beste tijd is in het voorjaar van half februari tot half april. Het kan ook in het najaar en dan van eind augustus tot eind september.

Welke soorten stekken kunnen worden gemaakt en in welke tijd van het jaar kan dat het beste gedaan worden?

  1. A. Kopstek - in het voorjaar
  2. B. Tussenstek - in het voorjaar
  3. C. Tussenstek, die in de lengte is doorgesneden - in het voorjaar
  4. D. Tussenstek met twee knopen - zowel in voorjaar als najaar
  5. E. Stek met hieltje, dat is een afgescheurd zijtakje - zowel in voorjaar als najaar
  6. F. Stek met drie bladeren per knoop – geschikt voor een kroonboom of 'volle' plant
  7. G. Oogstek - stukje tak met twee knopen en slapende ogen
  8. H. Houtstek - in het najaar, bestemd om in het overwinteringseizoen in de koelkast te bewaren

    in een afgesloten bakje met turfmolm of scherpzand.

De gestoken stekken bewortelen het beste in een kas en dan afgeschermd tegen directe zon. Beschikt men niet over een kas, plaats ze dan uit de zon voor een raam van de woonkamer of van een leegstaande slaapkamer. Een plaats buiten uit de zon kan ook, mits de buitentemperatuur minimaal 18°C is.

Bepalende factoren voor een goede beworteling.

* warmte en met name bodemwarmte.

Dit is van invloed op de snelheid van bewortelen. Het beste bewortelen de stekken bij een bodemtemperatuur van circa 24°C. Bij kwekerijen wordt de bodemwarmte geregeld via verwarmingsbuizen onder, of in de stek tafels. Een hobbyist kan het best gebruik maken van elektrische verwarmingsmatjes, welke in verschillende formaten in de handel zijn. Ook kunnen zij de bodem verwarmen met een speciale verwarmingskabel, welke in verschillende lengtes verkrijgbaar zijn.

* voldoende licht krijgen, maar ze mogen niet in direct zonlicht staan.

* de hoeveelheid zuurstof die kan worden opgenomen via een luchtige stekgrond

 of ander stekmedium.

* de opname van water, zorg dat de stekken niet te droog en ook niet te nat staan .

* de luchtvochtigheid in de omgeving van de stekken.

 Een lage luchtvochtigheid kunnen de stekken niet aan omdat ze nog geen wortels hebben

 om het water naar het blad te transporteren (afdekken met kap van kamerkasje of folie)

 de ideale luchtvochtigheid in de stekruimte is 80 à 90%.

Verschillende fasen van beworteling tot bloei.

* van onbewortelde stek, tot stek met zijn eerste eigen wortels.

* een vegatieve groeiperiode, dat wil zeggen dat de stek aan het groeien is.

* een periode van afharding, waardoor de stek bestand wordt tegen temperatuursverschillen,

 regen en wind

* de topvorming en daarna de bloei.

Stekken in een voedselarm grondmengsel

Goede stekgrond bestaat uit 1 deel turfmolm vermengd met 1 deel perlite. Vroeger werd hiervoor gebruikt turfmolm vermengd met zand, maar dit grondmengsel klinkt al spoedig in en dan is dit stekmedium niet luchtig meer. Er mogen beslist geen meststoffen in de stekgrond zitten en de stekgrond moet ook steriel zijn. In tuincentra zijn tegenwoordig zakken met goede en steriele stekgrond te koop.

De behandeling voor het steken van de stek gaat als volgt. Ongeveer een halve centimeter onder de knoop de stek recht afsnijden (sommige fuchsialiefhebbers snijden schuin af, maar het stukje bast aan het schuine uiteinde kan gemakkelijk aanleiding geven tot botrytis). Bij een kopstek van deze knoop de bladeren verwijderen. Eventuele bloemknoppen verwijderen. Het uiteinde van de stek ongeveer 1 cm in stekpoeder dopen en daarna een teveel aan stekpoeder - dat de wortelvorming remt - goed afkloppen

Het steken van een stek doen we in een potje. Maar als er zo'n 60 à 70 stekken opgezet worden, kunnen ze beter in een kamerkasje of een polystyreen bak gestoken worden, laatst genoemde is uitermate geschikt voor het steken van najaarsstekken omdat deze tot eind februari er in moeten blijven staan. 

We vullen het potje of de bak met stekgrond, maar drukken dit niet aan.

We prikken vervolgens een 2 cm diep gaatje in de stekgrond met een potlood of stokje en steken hier de stek in. Ook de gestoken stek mag niet aangedrukt worden, we gieten water bij de stek waardoor de vrije ruimte rond het gaatje volloopt met stekgrond. Nu nog het geheel bespuiten met een schimmelwerend middel.

Staan de stekken in een kas waar de luchtvochtigheid minimaal 80% is dan hoeft er geen plastic folie, kap of glasplaat overheen geplaatst te worden, maar dan wel afschermen met een krant.

Op deze manier is de kans op het ontstaan van botrytis veel kleiner.

De stekken moeten wel in het licht, maar niet in de zon staan. Ter voorkoming van het ontstaan van botrytis, afgevallen steeltjes en blad verwijderen. Is er geen bodemwarmte, dan moet de temperatuur in de stekruimte 18 à 20°C zijn. Met een bodemverwarming van ongeveer 24°C bewortelen de stekken veel sneller en er zullen veel meer stekken aanslaan. Na drie dagen halen we de plastic folie, kap, glasplaat of krant van de stekken af en nevelen we ze met een schimmelwerend middel.

De stekken kunnen ook gestoken worden in polystyreen tableaus met daarin gaten die gevuld zijn met stekgrond. De tableaus staan ongeveer 2 mm vrij van de ondergrond, dit om een goede luchtcirculatie te verkrijgen. Stekken in dergelijke tableaus kan alleen in het voorjaar, aangezien ze hierin maximaal vier weken mogen staan en dan dus geworteld moeten zijn voor het oppotten.

Het tijdstip van oppotten na beworteling is afhankelijk van de temperatuur in de stekruimte en of er op bodemwarmte wordt gestekt (al na 14 dagen kunnen ze worteltjes hebben).

Zijn de worteltjes nog erg klein wacht dan nog een week. Bij het overpotten zorgen we er voor dat er zoveel mogelijk stekgrond aan de worteltjes blijft zitten. We vullen een potje met een diameter van 6 à 8 cm met goede, niet aangedrukte potgrond, maken hierin een gaatje ter grootte van het kluitje grond wat aan de stek hangt en zetten hier de stek voorzichtig in. Daarna aangieten en ook nu de potgrond niet aandrukken. Zorg ervoor dat de potgrond niet uitdroogt of te nat is. Ook blijven opletten op het ontstaan van schimmelvorming.

Zorg voor een goede luchtcirculatie om schimmelvorming te voorkomen (bijvoorbeeld met een ventilator). Afgevallen blad verwijderen. De eerste drie dagen na het verpotten houden we de plantjes nog uit de zon maar daarna zetten we ze zo zonnig mogelijk. Dit om te voorkomen dat de stengelleden te lang worden. Na ongeveer 4 tot 6 weken gaan we bijmesten.

Het vormgeven van de opgroeiende gewortelde stek gaat als volgt. Na de eerste drie bladparen de stekken toppen. Om een bossige plant te verkrijgen telkens toppen na twee bladparen (bij planten met lange internodiën toppen na 1 bladpaar). Hiermee gaan we door tot eind april/half mei. Als we van de stek een kroonboom willen maken toppen we niet eerder tot de stek uitgegroeid is tot de gewenste hoogte. Wel halen we alle uitgelopen zijtakjes weg, maar laten wel de bladeren rond de stam zitten. Dat zijn namelijk de saptrekkers, die ervoor zorgen dat een stevige (dikke) stam ontstaat.

Met bodemwarmte kan de stekgrond de ideale temperatuur 23 tot 25°C voor beworteling verkrijgen. Bij kwekerijen wordt dit geregeld via verwarmingsbuizen onder of in de stektafels. Een hobbyist kan het best gebruik maken van verwarmingsmatjes  onder de stekken. Deze matjes zijn in verschillende lengtes verkrijgbaar.

Andere methoden om fuchsia's te stekken

Een zestal minder door fuchsia-hobbyisten toegepaste stekmethoden zijn

Waterstekken - De stekken worden klaargemaakt als hierboven uitvoerig is beschreven. Uiteraard kunt u de klaargemaakte stek dan laten bewortelen in een glas of pot met water. maar een betere methode om waterstekken te maken is plaatsing van de stekken in een bakje waarover volieregaas is gespannen. Het bakje is tot 1 cm onder het gaas gevuld met water. Aan het water voegen we 0.1 procent stekpoeder toe. Mijn ervaring is dat stekpoeder van het fabrikaat Aglukon het beste oplost. Ook mag wat mest 20-20-20 toegevoegd worden, maar niet meer dan 0,5 procent. De stekjes worden in de mazen van het gaas gestoken en hangen dan met hun blaadjes op het gaas in het water. Afdekken met folie e.d. is hier niet nodig.    De temperatuur van het water moet minstens 20°C zijn en dit lukt met behulp van een ingehangen aquarium-verwarmingselement met thermostaat

Als de stekken niet tegen elkaar staan kan er geen botrytis ontstaan. Als de worteltjes 2 tot 5 mm lang zijn worden deze in potjes met een mestarm grondmengsel gestoken (tevoren gaatje steken en na plaatsing aangieten tot gaatje met grond is volgelopen).  Dat grondmengsel kan bestaan uit 1 deel stekgrond en 1 deel goede potgrond. Laat de worteltjes beslist niet langer worden. Langere worteltjes breken bij het steken gemakkelijk af; tevens geven die een tragere uitgroei van de stek omdat de wortels eerst van waterwortels in grondwortels moeten veranderen

Een handige variant op vorenstaande methode is plaatsing van de stekken in gaatjes, die met behulp van een gloeiend gemaakte priem/schroevedraaier zijn gemaakt in een dun plaatje polystyreen. Dat plaatje met de daarin gestoken stekken drijft op water in een akkubak of oud aquarium (zie afb. hiernaast).

Houtstekken die niet direct opgezet worden- Als er in het najaar alle takken teruggesnoeid worden tot op een knoop vanaf de stam is er voldoende afgeknipt materiaal voorhanden om van het onderstuk van afgeknipte takken houtstekken te maken. Dat afgeknipte onderstuk moet verhout zijn en minstens twee knopen hebben. Knip de stek aan de onderzijde minimaal 2 cm onder de knoop recht af. Het schuin   afknippen moet minimaal 2 cm boven de bovenste knoop gebeuren, zodat u in het voorjaar goed kunt zien wat de onder- en bovenzijde van zo'n houtstek is (wel afknippen met een scherpe snoeischaar). Al de nog aanwezige bladeren verwijderen en de houtstekken bespuiten met een schimmelwerend middel (15 tot 20 minuten laten indrogen). De houtstekken worden gebundeld en gelabeld, waarna ze liggend worden bewaard in afsluitbare plastic bakjes in licht vochtig gemaakte turfmolm of scherpzand bij een temperatuur van maximaal 5°C, bijvoorbeeld in de groentelade van de koelkast. Worden de stekken te warm bewaard, dan kunnen ze verrotten. Zo kunnen ze wel tot in maart bewaard worden.

Het oppotten begin februari gaat als volgt. Snij met een scherp mes de onderkant van de stek 5 mm onder de knoop glad af. De nat gemaakte onderkant in stekpoeder steken. Vervolgens de stek ondersteboven laten drogen. Let op dat de stek niet uitdroogt. Dit kan gebeuren in een pot met vochtige turfmolm met de onderkant van de bundel stekken 1,5 mm boven de turfmolm uit. Dit zo drie dagen uit de zon op een koele plaats laten staan. Dan kunnen de stekken opgepot worden en dat gebeurt op een afwijkende manier. De stekken worden los bovenop aangedrukte vochtige turfmolm gezet in een boterkuipje e.d. . In het kuipje komt 2 cm aangedrukte turfmolm, hierop wordt een deksel van het boterkuipje geplaatst waarin  gaten zijn gemaakt. Deze gaten dienen als steun voor het geplaatste bundeltje houtstekken. Daarna wordt een tweede kuipje op zijn kop erover heen geplaatst en zo staat de bundel houtstekken in een 'minikasje'. Het 'minikasje' wordt nu op een vensterbank boven een verwarming of op een verwarmingsmatje geplaatst, wel in het licht maar niet in de zon. Als de houtstekken geworteld zijn deze voorzichtig oppotten en ze nog enige tijd warm wegzetten in bijvoorbeeld een kamerkasje. Als tijdens het bewaren in de koelkast aan de houtstekken al uitlopers zijn gekomen. Dit is niet erg, mits ze niet te lang zijn. Te lang geworden uitlopers terugknippen tot één knoop (let op dat er geen botrytis ontstaat). Als er duidelijk te zien is, dat er groei in de houtstekken zit, kunnen ze verder behandeld worden als beschreven in eerder besproken stekmethoden. De meeste variëteiten fuchsias kunnen via houtstekken vermeerderd worden.

Ook kunt u uitproberen houtstekken horizontaal buiten in de tuin te bewaren, ingegraven in een 20 cm diepe geul, mits deze geul maar op een beschutte en niet te natte plaats is gegraven. Deze methode heb ik uitgeprobeerd met houtstekken uit de F.magellanica-groep. Het opgegraven stekmateriaal is vervolgens eind april direct buiten in de grond gestoken  met nog één oog boven de grond uitstekend. Let op tijdig afdekken tijdens nachtvorst. Het resultaat van aangeslagen stekken was circa 80%. Wel moet de grond waarin de stekken bewortelen goed waterdoorlatend zijn

Houtstekken die meteen opgezet worden - Snij houtstekken zoals hierboven al is beschreven. Maar nu mag het blad er wel aan blijven zitten. Doop de stekken in stekpoeder en laat ze dan zo'n 10 minuten indrogen. Vul een kamerkasje met een laag van circa 3 cm stekgrond en steek de houtstekken er circa 2,5 cm diep in. Daarna deze water geven en ze bespuiten met een schimmelwerend middel. Bodemwarmte is nu wel nodig. Heeft u geen kamerkasje dan kan het ook in een glazen pot. Let er op dat de bladeren die er nog aan zitten niet tegen de potwand gedrukt zitten. Knip desnoods een stuk van de bladeren af. Het bewortelen duurt hier wat langer dan bij 'zachte' stekken, namelijk zo'n vier weken.

Stekken in een ander stekmedium - Dat stekmedium kan zijn steenwolsteekschuim (oasis) of perlite. Zelfs in duivegrit en cocosvezels kan gestekt worden, maar ik heb hier geen ervaring mee. In al deze stekmediums zitten geen voedingsstoffen. Omdat ze steriel zijn, mogen ze maar een keer voor afstekken gebruikt worden. Voor stekken in oasis en steenwol kunnen alleen kop- en tussenstekken met minimaal twee knopen gebruikt worden. Van de onderste knoop de bladeren eraf halen en dit ondereind tot aan deze knoop in stekpoeder dopen. Na goed afkloppen van een teveel aan poeder de stek ongeveer 5 à 10 minuten laten drogen. We snijden van de oasis of steenwol blokjes van minimaal 15 x 15 x 15 mm, steken in het midden met een stokje (dat even dik is als het ondereind van de stek) een gaatje van 10 mm diep en de stek wordt hierin gestoken. De blokjes met daarin de stekken in een bakje zetten met hierin 5 mm water. Als de stekken niet in de zon staan is afdekken niet nodig. Bij een ruimte-temperatuur van 18 à 20°C zijn ze na 2 of 3 weken beworteld. Beter bewortelen ze met bodemwarmte onder het bakje. Bij het oppotten laten we het stukje oasis of steenwol gewoon zitten

Het stekken in perlite staat ondermeer beschreven op de website 'Hilberry Web'  met het URL-adres  http://users.breathemail.net/collingreenhough/Fuchsia_Cuttings.htm van Mr. Collingreenhough.  Hij vult een waterglas e.d. met een laagje perlite dat voldoende houvast geeft om de stek hierin te steken. Verder komt hierop nog een laagje water. Nadat met een scherp mesje het onderste paar bladeren van een topstek is weggesneden kan deze in de perlite gestoken worden. Het gebruik van stekpoeder vindt hij niet nodig. Het stekje steunt op de nog aanwezige bladeren in het wat losse perlite. Na 10 dagen ververst hij het water en voegt voor een kwart gedeelte een oplossing van een stikstof mengsel toe, Ook hier de stekken niet in direct zonlicht plaatsen. Als er gezonde wortels te zien zijn aan de onderzijde van het glas kan de stek in potgrond opgepot worden. Met zijn methode van stekken in perlite behaalt hij het hoge slagingspercentage van zo'n 95%.